Mijn recensie van Edo Donkers’ debuut Warning Signs kwam me op een boze e-mail te staan waarin hij mijn (detail)kritiek weerlegde. Net als op zijn cd bleek daaruit dat hij hart en ziel in zijn muziek stopt. Dat laatste is ook hoorbaar in de dertien songs op Donkers’ tweede, die drie songs lang uptempo van start gaat: licht swingend in het semi-akoestische, halftempo gespeelde Teach Me Happiness, elektrischer in het soepel deinend gespeelde titelnummer en nog iets rockender in Driving The Song (rectificatie: Living The Song – ED). De teksten van die nummers zijn thematisch voor Donkers: hij laat zijn verleden achter zich om een nieuwe geliefde, voelt zich thuis op het platteland van Texas en volgt zijn Amerikaanse inspiratie. Na die geloofsbelijdenis wisselt hij statige electrische ballads af met enthousiast gespeelde rootsrockers en een country-song.
Steeds wordt hij daarbij geïnspireerd en sfeer in de rug gedekt door Koppe en Sanne Koppeschaar – gitaren, mandoline en dobro en een keer drums en Daan Baars- bas en Bert Schipper- drums. Ook krijgt hij geregeld extra hulp van Mike Roelofs – toetsen en Anna de Beus plus Jelka van Houten achtergrondzang en Gabriël Peeters, productie, extra zang toetsen en drums.
Donkers onderstreept bovendien zowel zijn talent als veelzijdigheid in twee vrijwel solo gespeelde, intieme, fluisterliedjes. Hij gaat in zijn teksten hoorbaar op in Amerika. Tegelijkertijd blijft hij ook een kritische buitenstaander, en daaruit blijkt zijn liefde voor het land eens temeer.
Heaven, maart 2011